‘Beter doe je die schoenen niet aan, pap.’ Een welgemeende raad van mijn dochter van 15. En aan haar gezicht te zien eentje die ik maar beter kan opvolgen als ik niet wil dat een hele generatie op straat en op m’n werk mij als een levende dinosaurus ziet en diskwalificeert.
Een hele goede raad dus, ik volg hem op! Maar er is ook iets vreemds mee aan de hand. Taaltechnisch gezien dan. Tot voor kort zei niemand dit namelijk op deze manier. In plaats daarvan zou het zijn: ‘Die schoenen kun je beter niet aandoen’ of ‘Je kunt die schoenen beter niet aandoen’ of ‘Het is beter dat je die schoenen niet aandoet’.
De constructie met ‘Beter…’ aan het begin van de zin is nieuw. Uitgevonden door jongeren. Die zijn niet geïnteresseerd in grammaticaregels maar wel in snel communiceren. Ze weten dat het eerste woord in een zin vanzelf veel nadruk krijgt. Als je ‘beter’ hoort of leest, begrijp je meteen dat er een beter alternatief volgt voor een bestaande situatie. Dus luister je met extra aandacht naar de woorden die volgen. Slim!
Zo leer ik weer van mijn dochter. En mijn dochter leert van mij. Want ik leer haar het volgende: ‘Beter gebruik je geen ontkenning als je iemand iets wilt laten doen of laten.’ Want dat is ook slim communiceren: zeggen wat je er wel moet gebeuren in plaats van wat niet. ‘Beter doe je grijze schoenen aan onder die broek’, is dus een beter alternatief voor de eerste zin van deze snolite.
Reclamemensen hebben de constructie met ‘beter…’ ook opgepikt. Ik hoorde van de week een radiocommercial van T-mobile met de zin ‘Beter stap je over…’. Als ‘de’ reclame dingen oppikt of introduceert, kan het snel gaan. Ik gok erop dat de constructie een hoge vlucht gaat nemen en een blijvertje blijft.
Beter bereid jij je dus voor op wat blijven gaat!
ton
© snolite 2019